Een garnaalfumet bereiden. Hiervoor de garnalen pellen en de koppen en schalen, samen met de tomaten, de look, laurier, tijm, witte wijn en water in een kookpot 1 uur laten sudderen op een zeer zacht vuur. Zeven en op smaak brengen met peper en zout. Een vijfde van de garnaalfumet in een pannetje gieten. De rest bewaren voor een andere bereiding. Een Hollandse saus bereiden door water, azijn en citroensap te laten inkoken. Een voor een de eierdooiers toevoegen op een zacht vuur, onder voortdurend kloppen. In een dun straaltje de gesmolten roomboter toevoegen en op smaak brengen met peper en zout. De garnaalfumet op een zacht vuurtje opwarmen, onder voortdurend lichtjes heen en weer schudden van de pan. Een derde van de Hollandse saus toevoegen. Niet roeren, maar steeds blijven schudden. Als de vorige ingredrienten goed gemengd zijn, de opgeklopte room toevoegen en blijven schudden tot een homogene massa verkregen wordt. De garnalen toevoegen en ze, ook al schuddend, met de saus mengen. De massa verdelen over diepe bordjes. Garneren met zeewier en onder de hete grill kleuren.