Schil de peertjes, laat de steeltjes eraan en houd ze heel. Steek de kruidnagels in de citroenschil. Doe de peertjes met de citroenschil, kaneelstokjes en suiker in een ruime pan en giet de rode wijn en bessenlikeur erbij. Giet er water bij totdat de peertjes net onder staan. Breng het geheel aan de kook en laat de peertjes in de pan in ongeveer 2 ½ uur gaarstoven. Verwijder de citroenschil en kaneelstokjes. Schep de peertjes voorzichtig uit de pan op een mooie schaal. Roer in een kopje het aardappelmeel los met een beetje perenvocht en giet dit terug in de pan. Laat het vocht heel even doorkoken tot een mooie gebonden wijnsaus ontstaat en giet deze over de peertjes. Serveer warm of koud.