wilde paddestoelen met aardappelpannenkoekjes

Bereiding

Bereid eerst de pannenekoekjes/flensjes: stamp de gekookte en afgekoelde aardappelen fijn, roer de gezeefde bloem erdoor en dan de hete melk voorzichtig, al roerend, een voor een de eieren en peper en zout naar smaak toevoegen. Als het toch klonterig wordt eerst door de zeef halen. Nu de boter klaren: de boter in een pan met dikke bodem zachtjes laten smelten, zodra er witte deeltjes ontstaan: het schuim eraf scheppen en giet de boter voorzichtig over in een schaaltje. Verhit nu de geklaarde boter met wat olijfolie in een pan met dikke bodem en maak 8 kleine pannenkoekjes/flensjes goudbruin (baktijd iedere kant ongeveer 1 a 2 minuten) en houdt deze warm op een bord, dit bord op een pan met zacht kokend water op het laag vuur. Kan ook in een oven van 100 graden Celsius. Borstel de paddestoelen schoon en snijd een stukje van de onderkant, grote paddestoelen kleiner snijden. Mix de paddestoelen, peterselie, de olijfolie, knoflook en peper en zout naar smaak in een grote kom. Bak al roerend op een hoog vuur de paddestoelen in de olijfolie 3 minuten goudbruin. Breng in een pannetje water aan de kook, meng de wijnazijn erdoor en pocheer de kwarteleitjes in 2 minuten. Leg op een voorverwarmd bord een pannenkoekje met het paddestoelenmengsel, een half kwarteleitje en een druppeltje truffelolie en versgemalen peper. Dit eventueel herhalen. Direkt serveren.