Germknödeln met vanillesaus

Bereiding

Deeg Meng de bloem met gist, suiker en de vanillesuiker. Maak een kuiltje in de bloem en schenk de melk, het ei en de boter er in. Meng beetje bij beetje de bloem erdoor en kneed tot een soepel deeg. Leg het deeg in een met bloem bestoven kom, dek af met plasticfolie en laat circa 30 minuten rijzen. Rol het deeg tot een worst en verdeel in 6 gelijke delen. Vulling Meng de pruimencompote met de rum. Kneed elke portie deeg tot een platte ronde plak, vul met een lepel pruimencompote en vorm het deeg tot ballen. Leg elke knödeln op een eigen stukje bakpapier en laat ze nog 15 minuten rijzen. Breng water in de stoompan aan de kook. Leg de germknödeln met het bakpapier in het stoomgedeelte van de stoompan en stoom de germknödeln in circa 15 minuten gaar. Vanillesaus Halveer het vanillestokje in de lengte en schraap het merg eruit. Breng de room met de melk, het vanillemerg en 1 el suiker aan de kook. Roer de resterende suiker glad met de eidooiers. Giet de kokende room over de eidooiers en meng goed door. Giet de saus terug in de pan en gaar de saus, al roerende zonder te koken, met een spatel tot vla dikte. Maanzaadsuiker Maal de maanzaad en suiker in het bakje van de staafmixer of vijzel fijn. Serveer de germknödeln in een diep bord met warme vanillesaus en bestrooi met maanzaadsuiker.