5 Laat de koppen en schalen van de garnalen, samen met de tomaten, de look, laurier, tijm, witte wijn en 7,5 dl water in een kookpot 1 uur sudderen op een zeer zacht vuur. Zeef en breng op smaak met peper en zout. Giet een vijfde van de garnaalfumet in een pannetje. Bewaar de rest voor een andere bereiding.
6 Laat water, azijn en citroensap inkoken. Voeg eén voor één de eierdooiers toe op een zacht vuur, onder voortdurend kloppen. Voeg in een dun straaltje de gesmolten roomboter toe en breng op smaak met peper en zout.
7 Warm de garnaalfumet op een zacht vuurtje op, onder voortdurend lichtjes heen en weer schudden van de pan.
8 Voeg een derde van de Hollandse saus toe. Niet roeren, maar steeds blijven schudden.
9 Als de vorige ingrediënten goed gemengd zijn, voeg de opgeklopte room toe en blijf schudden tot een homogene massa verkregen wordt. 1
0 Voeg de garnalen toe en meng ze, ook al schuddend, met de saus. 1
1 Verdeel de massa over diepe bordjes. Garneer met zeewier en kleur onder de hete grill.