1 Verwarm de oven voor op 200°C. Rol 1 rol bladerdeeg uit, leg ‘m in een met boter ingevette taartvorm. Druk lichtjes aan en prik erin met een vork. Snij de tweede rol deeg in repen en leg opzij.
2 Laat de abrikozen goed uitlekken. Lepel de confituur op de taartbodem, bestrooi met een laagje amandelpoeder. Schik de abrikozen op de taart.
3 Klop de eidooier los met een scheutje melk. Bestrijk de taartrand met eidooier. Leg er de deegrepen kruiselings op en bestrijk ze met de eidooier. Bak de taart in 15 à 20 minuten goudbruin in de oven.