1 Meng de bloem, bakpoeder, basterdsuiker, vanillesuiker en een mespuntje zout in een kom. Maak een kuiltje in de bloem, giet hierin de boter en eieren en kneed tot een deeg. Voeg de amandelen toe, kneed ze erdoor en vorm een bal van het deeg. Voeg indien nodig wat extra bloem toe. Dek af en laat circa 30 minuten rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 200°C. Verdeel het deeg in 5-6 stukken en vorm er dikke rollen van. Leg ze met tussenruimte naast elkaar op de bakplaat. Druk het deeg een de oven en laat een beetje afkoelen. Snijd de rollen in 1 cm dikke plakjes. Leg de plakjes naast elkaar op de bakplaat en bak nog 8-10 minuten verder tot ze goudbruin zijn. Laat afkoelen. Lekker om te dopen in koffie, thee of dessertwijn.
2 Voeg eens 1 theelepel sinaasappelrasp toe aan het deeg.