1 Kneed met koele vingers 250 gram bloem, de boter en poedersuiker tot grove kruimels. Kneed de helft van het ei en 1 eetlepel koud water erdoor tot een soepel en glad deeg. Verpak het deeg in folie en laat circa 1 uur rusten in de koelkast.
2 Verwarm de oven voor op 180ºC. Rol het deeg op een beetje bloem uit tot een lap van 1/2 cm dik. Leg het deeg voorzichtig op de vorm en duw erin. Snijd de randen netjes bij en prik met een vork gaatjes in de bodem. Leg er een stuk bakpapier en blindbakvulling op en bak de deegbodem in het midden van de oven circa 10 minuten voor. Verwijder het bakpapier met blindbakvulling, bestrijk de deegbodem met de rest van het ei en bak nogmaals 5 minuten. Neem uit de oven en laat de bodem een beetje afkoelen. Klop in een keukenmachine de basterdsuiker met de boter en een snuf zout romig. Voeg citroenrasp en -sap toe en klop één voor één de eieren erdoor tot een egaal mengsel. Voeg vervolgens de stroop toe en klop nog even goed door. Verdeel de pecannoten over de taartbodem en giet het stroopmengsel erin. Schud een beetje met de vorm om alles goed te verdelen en bak de taart 20-25 minuten in het midden van de oven. Laat afkoelen tot lauwwarm. Garneer eventueel met extra pecannoten en bestuif met poedersuiker.