1 Kneed in een keukenmachine of met de mixer de boter met 100gr suiker, de bloem, 1 ei en een beetje zout tot een soepel deeg. Laat de deegbal in vershoudfolie minimaal 30 minuten rusten in de koelkast.
2 Verwarm de over voor op 180°C en rol het deeg uit tot een ronde lap van 28cm. Bekleed een vorm met het deeg. Leg een royaal vel bakpapier op de deegbodem en bak blind gedurende 15-20 minuten tot de taartbodem lichtbruin is.
3 Klop intussen met een garde de crème fraiche met de melk, de vanillesuiker, 50gr suiker en 2 eieren tot een glad mengsel. Schil de appels en snijd ze in vieren. Verwijder de klokhuizen en snij telkens in 8 partjes. Schenk het roommengsel op de deegbodem en druk de appelpartjes in de room.
4 Bak de taart ongeveer 30 minuten in de voorverwarmde oven, tot de roomvulling stevig voelt en lichtgekleurd is. Laat de taar dan in de vorm afkoelen.