1 Was de slablaadjes in koud water, laat ze uitlekken, snijd ze doormidden en verwijder de harde bladnerf. Hak de sjalotjes en knoflook fijn.
2 Smelt 15 gr boter in een een pan en laat de fijngehakte sjalotjes hierin 1 min zachtjes fruiten, zonder ze te laten kleuren, roer ze om met een houten spatel;
3 Voeg dan knoflook, slablaadjes, peterselie en 4 eetlepels water toe, leg het deksel op de pan en laat alles opnieuw 1 min koken.
4 giet de room en de kippebouillon erbij. Voeg zout en peper toe en breng de soep aan de kook.
5 Doe de kikkerbilletjes in de kokende soep en laat ze in gesloten pan 4 min koken. Haal ze met een schuimspaan uit de pan, laat ze afkoelen tot u ze kunt beetpakken en haal het vlees met de hand van de botjes;
6 Laat de soep intussen inkoken op hoog vuur en zonder deksel op de pan tot, na ca 15 min, 1/3 van het vocht verdampt is
7 Verdeel het vlees van de kikkerbilletjes gelijkelijk over 4 soepkommen, het wordt vanzelf weer warm als de kokende soep erbij wordt gegoten.
8 Klop de eierdooiers los met een vork, voeg een paar lepels kokende soep toe en blijf kloppen. Giet dit mengsel in de soep, roer alles goed dooreen en draai het vuur lager, want de soep mag nu niet meer koken.
9 Proef de soep en voeg, indien nodig zout en peper toe.1
0 Giet de soep in de soepkommen en strooi bovenop een beetje gesnipperde bieslook1
1 U kunt de frisse smaak van de sla en peterselie in deze soep nog benadrukken door vlak vooor het opdienen 3 eetlepels droge witte wijn door de soep te roeren