1 Snij het vlees in blokjes. Doe de blokjes in een kookpot en overgiet met koud water tot het vlees net onder staat. Pel de ui. Doe de ui, de laurier blaadjes, het bouillon blokje, peper en zout bij het vlees en breng aan de kook. Laat op een zacht vuur 30minuten pruttelen. Snij de wortelen in plakjes en voeg deze bij het vlees. Rol balletjes endoe deze ook bij het vlees. Laat nog 20minuten zachtjes verderkoken. Snij ondertussen de champignons in stukken en bak ze in een pan. Doe er wat peper en zout bij.
2 Schep het vlees, het gehakt en de wortelen uit het kookvocht. Verwijder de ui en de laurier.
3 Smelt de boter en maak een roux met de bloem. Voeg al roerend ongeveer 4dl kookvocht toe en laat even doorkoken. Meng het vlees, het gehakt, de wortelen en de champignons onder de saus. Warm goed op.
4 Klop de eierdooier los in de room en meng onder de fricassee. Laat NIET meer koken.
5 De peterselie mag er nu ook onder. Breng op smaak met peper en zout.
6 Serveer met gestoomde aardappeltjes. Drink er een rosé wijntje bij.