1 Schep het vlees om en strooi de bloem en 1 - 1 1/2 theelepel zout erdoor.
2 Laat de margarine in de vleespan goed warm worden. Doe er bij gedeelten de blokjes vlees in. Schep die om en om tot het vlees mooi van kleur is.
3 Temper de warmtebron. Schep de kerrie goed door het vlees. Giet daar 6 deciliter kokend water op. Voeg het bouillontablet toe. Prik de kruidnagels in het laurierblad. Leg dat met het pijpje kaneel tussen het vlees. Laat het vlees zacht koken.
4 Voeg de uisnippers en wat peper toe. Doe het paprika, komijn en kardemompoeder in de kom. Voeg de citroenschilletjes toe. Schil een stukje gemberwortel. Snipper dat en druk de snippers door de knoflookpers in de kom. Roer de specerijen aan met wat koud water. Roer het kruidenmengsel door de inhoud van de pan.
5 Schep daardoor ook de rozijnen, de paprika en de noten. Leg de stukken tomaat op het vlees. Laat het geheel weer even koken. Sluit de pan en temper de warmtebron.
6 Schil de peer. Snijd die overlangs twee keer door.Verwijder de harde delen en het klokhuis. Snijd de stukken peer overdwars in niet te smalle repen. Doe die in de pan en schep de inhoud om en om.
7 Controleer of het vlees gaar is. Voeg dar naar smaak nog wat van de gebruikte specerijen en wat zout toe. Verwijder het lauriierblad, de kruidnagel en het sukjes pijpkaneel. Serveer het gerecht in de pan waarin het is bereid.
4 
30-60 min -
