1 Schil de aardappelen en kook ze in water met zout in 20 min. gaar. Verhit ondertussen de helft van de boter in een koekenpan en bak de worstjes in ca. 10 min. rondom bruin en gaar. Verwarm de melk. Giet de aardappelen af en stamp ze met de pureestamper met de melk en de rest van de boter tot een smeuïge puree.
2 Kook ondertussen de bevroren tuinerwten in 3 min. beetgaar en snijd de krop sla in reepjes. Schep de tuinerwten met de slareepjes door de puree. Snijd de munt in reepjes en voeg toe. Breng op smaak met peper en zout. Verdeel de stamppot en de worstjes over borden. Serveer direct zodat de sla knapperig blijft.