1 Splits de helft van de eieren en snijd de roomboter in blokjes. Kneed de boter, bloem, suiker, een snufje zout en eierdooier (eiwit wordt niet gebruikt) met koele hand tot een samenhangende bal. Wikkel het deeg in een stuk huishoudfolie en leg minimaal 1 uur in de koelkast.
2 Verwarm de oven voor op 200 ºC. Snijd de rabarber in kleine stukjes. Doe de rabarber in een kom en meng de geleisuiker en het amandelschaafsel erdoor.
3 Bestuif het werkvlak dun met bloem en rol hierop het deeg dun uit tot een cirkel die iets groter is dan de doorsnede van de taartvorm. Vet de taarvorm in met boter en bekleed met een cirkel deeg. Bewaar de rest van het deeg voor het ruitpatroon. Vul de taartvorm met het rabarbermengsel. Snijd lange reepjes uit het deeg. Maak hiermee het ruitpatroon bovenop de vulling.
4 Splits het overgebleven ei. Klop de eierdooier los (eiwit wordt niet gebruikt) en bestrijk hiermee het ruitpatroon. Bak de taart 35-40 min. in de oven tot de bovenkant goudbruin is.