Pel 4 grote uien en snijd ze in ringen. Smelt 50 g boter en fruit hierin op een matige warmtebron de uienringen. Schep regelmatig om en voeg een mespuntje (bruine) suiker toe. Giet, als de uien goudgeel zijn, 1 l bouillon erbij en voeg 1 laurierblad, 2 kruidnagels en zout en peper toe. Laat de soep, onder af en toe roeren, zachtjes 15 minuten koken. Rooster intussen 4 sneetjes witbrood of stokbrood. Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius of zet de grill aan. Verwijder het laurierblad en de kruidnagels uit de soep. Schep de uiensoep in ovenvaste soepkoppen. Snijd de geroosterde sneetjes brood zo nodig op maat en leg ze op de soep. Verdeel er 100 g geraspte belegen kaas over. Zet de soep in de oven tot de kaas smelt en begint te kleuren.