Risotto Met Tuinbonen

Bereiding

Dan werkt Giuseppe aan de risotto. In een steelplan giet hij enkele lepels risotto-rijst en plaatst dan de pan op het vuur. Even laten opwarmen ( zonder enige vetstof) en dan gaat er een lepel gepureerde sjalot bij de rijst. Goed door elkaar roeren en dan giet Giuseppe er twee pollepels groentenbouillon overheen. De rijst suddert op een zacht vuur. Halverwege de bereidingstijd ( dat is ongeveer na zeven minuten ) mogen er de erwtjes en tuinbonen bij. Wederom goed door elkaar roeren en nog af en toe wat groentenbouillon toevoegen. Op drie vierde van de bereidingstijd ( na tien minuten ) vermengt Giuseppe een klontje boter onder de rijst. Na een veertien tal minuutjes neemt hij de steelpan van het vuur en mag de groene saus bij de rijst, dan volgt de geraspte parmesankaas en Giuseppe eindigt met de versnipperde verse dille. En dan de risotto nog even laten rusten om alle smaken op te laten nemen. Na enkele minuutjes serveren op een bord dat niet warmer mag zijn dan 35 graden ( want anders droogt je risotto uit, zo drukt ons de chef op het hart ). Eindigen met het overgieten van een beetje fijne olijfolie en je risotto is klaar.