1 Snijd de boter in blokjes en meng met de bloem. Kneed met 1 ei (per quiche), zout en water zo kort mogelijk tot soepel deeg. Laat het in vershoudfolie 1 uur rusten in de koelkast. Vet de vorm in en bestuif met bloem.
2 Rol het deeg op een met bloem bestoven werkblad uit tot een lap van Ø 30 cm. Veeg de overtollige bloem eraf. Bekleed de vorm met het deeg. Druk aan en snijd overtollig deeg bij de randen eraf. Prik met een vork gaatjes in de bodem, zodat het deeg niet of nauwelijks rijst.
3 Verwarm de oven voor op 200 °C. Snijd het spek in kleine blokjes. Verhit de olie in een pan met dikke bodem en bak het spek in 6 min. uit.
4 Meng in een kom de rest van de eieren, de melk, crème fraîche en kaas en breng op smaak met peper en de nootmuskaat. Verdeel de spekjes over de bodem en schenk de vulling in de quichevorm. Zet eerst de quichevorm in de oven en schenk dan de vulling erin. Zo voorkom je dat de vulling uit de vorm loopt bij het verplaatsen van de quiche naar de oven. Bak de quiche ca. 40 min. in het midden van de oven.