Everzwijnmedaillons met witloof en tagliatelli

Bereiding

Maak de marinade een dag op voorhand: meng 3 dl zonnebloemolie,sap van de citroen, een teentje knoflook, 2 theelepels tijm, 4 jeneverbessen, honing en ketjap. Snij de medaillons in stukken en leg ze 24 uur in de marinade. Meng de honing, de ketjap,de gemalen jeneverbessen, de eierdoor en een snuifje zout. Dep de medaillons droog en schroei ze aan beide zijden dicht in de hete olie. Leg ze vervolgens in een ovenschaal, bestrooi met een snuifje zout en bestrijk ze met een gedeelte van het honingmengsel. Verwarm de oven voor op 200°C en bak de medaillons gedurende ca. 6 à 8 minuten.Voorbereiding
saus: Breng de wijn en de port samen met de sjalotsnippers,de jeneverbessen en de salie aan de kook en laat tot een derde inkoken. Voeg de wildfond toe en laat tot de helft inkoken. Zeef de saus, werk ze op met ijskoude boter en houd de saus warm. Kook de pasta in warm water met een beetje zout. Maak het witlof schoon en snijd met een puntig mesje de bittere kern eruit. Halveer de grotere stronkjes in de lengte. Smelt de boter in een pan. Voeg wat suiker en het witlof toe en bak ze op een vrij hoog vuur lichtbruin. Giet de gevogeltefond erbij en laat nog 10 minuten garen op een zacht vuurtje met het deksel op de pan. Breng op smaak met peper en zout. Schik daarna alles op een bord samen met de pasta. Smakelijk!