Pers de citroen uit. Bestrooi de kabeljauwfilets met wat peper en zout en sprenkel er het citroensap over. Doe de zure room in een kommetje en meng er de peterselie en bieslook door. Verdeel dit mengsel over de visfilets. Rol de visfilets op en zet ze vast met een houten cocktailprikker. Pel de sjalotjes en snipper ze fijn. Verhit 40 boter in een pan en fruit hierin de sjalotjes glazig. Roer er dan de bloem en het kerriepoeder door en giet beetje voor beetje de bouillon erbij. Blijf roeren tot er een gladde saus ontstaat. Breng de saus zonodig op smaak met peper en zout. Leg de visrolletjes in de saus, draai de hittebron laag en laat het 15 minuten zachtjes pruttelen tot de visrolletjes gaar zijn. Schil de appels, boor de klokhuizen eruit en snijd de appels in plakken. Verhit 25 gram boter in een pan en bak hierin de appelplakken aan beide kanten lichtbruin. Leg de appelplakken op een schaal, zet hierop de visrolletjes en giet de saus erover. Lekker met aardappelpuree.