De ui in ringen snijden. De bodem van een met boter ingesmeerde vuurvaste schotel beleggen met de uiringen, de tijm en het laurierblad. Daarop de vis schikken met op iedere moot een schijf citroen (ontpit en geschild tot op het vruchtvlees). Overgieten met de wijn. De rest van de boter, in vlokjes, op de vis leggen. 10 à 15 minuten laten smoren in een matig warme oven (170 graden). Serveren in de ovenschotel. Opdienen met gekookte aardappelen, bestrooid met de gehakte peterselie.