Breng het water aan de kook met een weinig zout, voeg het vlees toe en schuim voldoende af. Steek op de ui het laurierblad vast met de kruidnagels en voeg toe. Laat op een zacht vuur het vlees gaarkoken. Zeef de bouillon en hou er +/- 5 dl van apart. Laat de boter smelten en roer er de bloem door, verhit tot een lichtgele kleur. Voeg onder voortdurend roeren de bouillon toe en laat ongeveer 5 min. doorkoken, klop de eierdooier los in de koude melk en voeg bij de saus (dan niet meer laten koken). Breng op smaak met citroensap, peper en zout en eventueel nog een bouillonblokje. Voeg het vlees, de nog warme gehaktballetjes, de champignons en de in stukjes gesneden asperges toe. Goed ondereen roeren en warm opdienen met rijst, aardappelpuree of kroketten en een frisse sla.