Snij de kabeljauwfilet in blokjes. Doe ze in een plastic zak met de bloem en schud door elkaar totdat alle blokjes mooi wit zijn. Verhit dan de olie in een hapjespan en bak de kabeljauwfilet tot ze mooi bruin is. Haal ze dan uit de pan en leg ze op een bord. Maak de groente schoon. Snijd de ui in stukjes, de prei en de bleekselderij in blokjes en pers de knoflook. Doe weer wat extra olie in de hapjespan en fruit even kort de ui en de knoflook. Doe er dan de wortel en bleekselderij bij en roerbak dit ongeveer 5 minuten. Doe dan de tomatenblokjes met vocht, de ananasblokjes met vocht, de gemberpoeder en de bieslook er bij. Breng dit aan de kook en leg de stukken kabeljauw erin. Laat het dan nog 5 minuten zachtjes sudderen. Breng op smaak met sambal en ketjap.