Vet een hakplaat licht in en besprenkel deze met wat water. Voor het deeg doet u het water in een pan. Doe de in kleine stukken gesneden boter erbij. Verwarm dit zacht tot de boter is gesmolten en laat het dan zacht koken. Haal de pan van het vuur en roer in één keer de bloem erdoor. Blijf goed roeren tot het deeg loslaat van de pan en een bal vormt. Laat het even afkoelen en voeg dan een voor een de eieren toe, tot een soepel en glanzend deeg ontstaat. Schep het in een spuitzak met een gladde spuitmond {0 l cm). Spuit ongeveer 18 bolletjes deeg op de bakplaat. Zorg voor genoeg ruimte tussen de decgbolletjes. Bak ze 15 a 20 minuten ïn een op 220 "C voorverwarmde oven, tot ze krokant en goudkleurig zijn. Haal ze uit de oven en maak een kleine inkeping in elk soesje, zodat de stoom kan ontsnappen. Laat ze afkoelen op een taartrooster. Voor de saus doet u alle ingrediënten in een vuurvaste schaal. Zet deze boven een pan zacht kokend water. Roer tot een gladde saus ontstaat. Voor de vulling klopt u de slagroom stijf Pureer de banaan met de suiker en de likeur. Roer de puree door de slagroom. Doe de room in een spuitzak met een gladde spuitmond (0 l cm). Spuit de room in de soesjes. Schenk de chocoladesaus erover.