Vraag de visboer de zalmmoot te fileren in twee gelijke stukken en de graten te verwijderen. Controleer de zalm zelf nog op graten en verwijder deze zonodig. Wrijf de zalm in met het citroensap en laat intrekken. Hak de dille grof. Schep het zout, de suiker en de peper door elkaar. Vouw een groot stuk aluminiumfolie dubbel. Leg een van de zalmfilets met de velkant op de folie. Bestrooi met de helft van het zeezoutmengsel en verdeel er de dille over. Dek af met de tweede zalmfilet die met het resterende zoutmengsel is bestrooid en verpak de vis strak in de folie. Leg in een passende schaal, dek af met een plankje en verzwaar met gewichten (bijvoorbeeld volle conservenblikken). Zet de schaal in de koelkast en laat 2 dagen en 2 nachten staan. Draai het pakketje elke 12 uur een keer om. Roer voor de saus de mosterd, de wijn en de honing met wat zout en peper in een kom door elkaar. Klop er in een dun straaltje de olie door. Neem de zalm uit de schaal en verwijder de aluminiumfolie. Schraap er de kruiden af en dep de zalmfilets droog met keukenpapier. Snijd de zalmfilets met deen scherp mes zonder het vel schuin in dunnen plakken. Leg op een schaal, garneer met plakjes citroen en plukjes dille. Geef de saus er apart bij.