Doe de bloem in een mengkom. Maak er een kuiltje in. Los de gist op in 2 dl lauw water en giet in het kuiltje. Giet er wat water bij en begin te kneden. Voeg beetje bij beetje water toe, totdat alle bloem verwerkt is. Kneed tot een elastisch deeg, dat net niet aan de vingers kleeft. Indien nodig, voegt u nog wat lauw water toe. Haal het deeg uit de kom. Bestrooi het werkblad met wat bloem en kneed het deeg nog eens goed. Bedek het deeg met een vochtige doek en laat het 30 minuten rusten op kamertemperatuur. Bestrooi het werkblad met wat bloem. Verdeel het deeg in twee bollen, die u elk apart verder kneedt. Rol het deeg fijn uit (2 à 3 mm). Strijk 1 ovenplaat in met olijfolie, strooi er wat bloem over en leg het pizzadeeg erop. Maak met de vingertoppen een ietwat dikkere boord aan het deeg en bestrijk het deeg met wat olie. Prik er gaatjes in met een vork. Bereid een tomatencouli. Ui en look glazig laten bakken in een beetje olijfolie. Hier de tomaten aan toevoegen. Dit op een laag vuurtje laten sudderen. Kruiden naar smaak (o.a. met basilicum, oregano, marjolein, salie). Dit geheel een beetje laten afkoelen. Beleg de pizza met een bodempje tomatencouli, mozzarella, hesp, enkele blaadjes basilicum en kruiden naar smaak. Besprenkel het geheel met olijfolie. Laat 15 minuten bakken in een voorverwarmde oven op 225-250°C.