Laat een konijn in stukken snijden bij de poelier. Zet het thuis gedurende een halve dag te week in zoutwater met de kruidnagels en de laurier. Giet regelmatig het water af en vervang het water, zodat het vlees mooi wit kan worden. Laat het konijn uitlekken in een vergiet. Droog het met keukenpapier ook nog eens extra af. Schil de ajuinen in grote ringen en laat die lichtjes stoven. Smeer het vlees ondertussen rijkelijk in met mosterd. Verwijder de ajuinen uit de kookpot en voeg opnieuw wat vetstof toe. Laat daarin de stukken konijn lichtjes bakken (toeschroeien). Voeg peper en zout toe. Voeg daarna de room toe en eventueel wat volle melk zodat het konijn praktisch helemaal bedekt is. Voeg de gestoofde ajuin opnieuw toe. Laat het vlees gaar worden op een klein vuurtje. Let op ! Kontroleer geregeld de bereiding, want mosterd heeft de neiging aan te bakken. Sla ook niet in paniek als je saus wat gaat korrelen. Dat is heel normaal. Zorg steeds dat er genoeg vocht bij het konijn is.