Een mengsel maken van het losgeklopte ei, het gehakt, de stukjes augurk en de gesnipperde sjalot. Bestrooien met peper, zout en marjolein. De kip spoelen, zorgvuldig drogen, eventueel overtollig vet wegsnijden en opvullen met het gehaktmengsel. De openingen dichtnaaien met keukengaren. De kip insmeren met peper en paprikapoeder. Het witloof in de lengte doorsnijden en de harde kern verwijderen. Spoelen en droogdeppen. Een vuurvaste schotel insmeren met boter en de bodem bedekken met de gehalveerde witloofstronkjes, de uitgelekte mais en de kappertjes. Kruiden met peper en zout. De kip met de borst naar onder op de groenten leggen en bedekken met vlokjes boter. Gedurende ongeveer 50 minuten goudbruin laten bakken in een op 200 graden voorverwarmde oven. Na 20 minuten de kip omdraaien en overgieten met de saus die zich in de ovenschotel gevormd heeft. Het keukengaren verwijderen. De kip in stukken snijden. De stukken met hun vulling op een voorverwarmde schotel leggen en afwerken met de groenten. Serveren met kroketjes.