Breng de boerenkool in een ruime pan met weinig water en zout aan de kook. Voeg zodra de kool is geslonken de in stukken aardappelen toe. Laat snel aan de kook komen, temper het vuur en kook met het deksel op de pan gedurende 30 minuten de aardappels gaar. Bak de spekblokjes lichtbruin in een koekepan. Warm de worst in ca. 20 minuten in een pan met heet water, dat net niet kookt. Giet als de aardappels gaar zijn (door even te prikken met een vork)af, en vang het kookvocht op in een schaal. Stamp de aardappelen en de kool door elkaar met een ouderwetse stamper. Maak lekker smeuig door wat kookvocht toe te voegen. Voeg spekjes en spekvet samen met de boter toe. Warm de stamppot, al roerende, nog even goed door. Serveer met de stukken worst er bovenop.