Gebakken kabeljauw met zuurkool

Ingrediënten

Bereiding

• 1 Schil de aardappelen en snijd ze in stukken. Kook ze in de visbouillon in 15 min. gaar. Pureer de aardappelen en visbouillon kort in de keukenmachine. Roer de boter erdoor.
• 2 Verwarm de oven voor op 150 °C.
• 3 Leg het spek op een bakplaat en bak in de oven in 15 min. droog en krokant. Dep het spek droog met keukenpapier. Maal het spek fijn in een keukenmachine.
• 4 Snipper de sjalot. Verhit 2 el olie in een hapjespan en fruit de sjalot. Blus af met de runderbouillon en 200 ml appelsap. Laat het vocht tot ongeveer 8 el (ca. 125 ml) inkoken. Zet het vuur uit.
• 5 Snijd de olijven fijn en voeg toe aan het sjalotmengsel. Voeg de gembersiroop, azijn en 2 el olie toe en klop tot een dressing.
• 6 Verwarm de zuurkool met de rest van de appelsap, laurierblaadje en jeneverbes.
• 7 Doe de bloem op een plat bord. Bestrooi de kabeljauw aan beide kanten met peper en zout en bedek beide kanten met bloem. Verhit de rest van de olie in een koekenpan met antiaanbaklaag en bak de vis 4-5 min. Keer voorzichtig en bak nog 1 min.
• 8 Verwarm ondertussen de aardappelsaus op laag vuur en verdeel de saus in een cirkel over de borden. Bestrooi de saus met het spek. Neem de zuurkool met een schuimspaan uit de pan en laat uitlekken. Verwijder het laurierblaadje en de jeneverbes. Verdeel de zuurkool over de borden. Leg de kabeljauw op de zuurkool en schep de olijvenvinaigrette erover.