1 Zeef de bloem boven een kom en meng de kristal- en vanillesuiker erdoor. Snijd de koude roomboter in blokjes en leg ze in de kom. Snijd met twee messen kruislings door het bloemmengsel, tot de roomboterstukjes heel klein zijn. Splits het ei (eiwit wordt niet gebruikt). Voeg de eidooier toe aan het mengsel en kneed de massa met koele handen snel tot een samenhangend deeg. Vorm een deegbal, verpak in vershoudfolie en leg 30 min. in de koelkast.
2 Verwarm de oven voor op 175 °C. Breek de chocolade in stukjes. Kneed de chocolade door het deeg. Bekleed de bakplaat met bakpapier en vorm deegballetjes zo groot als een walnoot en leg op 5 cm afstand van elkaar op de bakplaat. Druk iets plat en bak de koekjes in het midden van de oven in ca. 15 min. gaar. Til het bakpapier van de bakplaat en laat de koekjes minstens 30 min. afkoelen.
3 Smelt de boter en roer in een kom een egale crème van de boter, poedersuiker en cacaopoeder. Besmeer de helft van de koekjes met een laagje chocoladecrème en plak er een tweede koekje tegenaan.