*Vermeng de boter en een kom met de suiker, het gembernat, en citroensap en roer tot de massa zacht en smeuig is. *Zeef de bloem boven een kom en spatel de bloem door het botermengsel. *Laat het aldus verkregen deeg een uurtje opstijven in de koelkast. *Beboter de bakplaat. Draai van het deeg kleine balletjes (iets groter dan kersen) en leg de balletjes op ruime afstand van elkaar -het deeg loopt erg uit- op de bakplaat. *Bak de koekjes 5 a 6 minuten in de op 180 gr.C. voorverwarmde oven. *laat de koekjes afkoelen op een rooster of rol ze, terwijl ze nog warm en soepel zijn, om de steel van een houten lepel, zodat er rolletjes ontstaan.