Melk, ei, 1 eetlepel olie, zout en peper met een garde goed mengen in een kom. Al roerend de bloem toevoegen tot u een egaal stroperig deeg verkrijgt. De mosselen grondig afspoelen onder stromend water. Mosselen die reeds open zijn, wegwerpen. De mosselen met een beetje water in een grote pan doen en in 5-7 minuten onder deksel op een zeer warm vuur gaarkoken. Zodra alle schelpen open zijn, de mosselen op een zeef leggen, laten uitlekken en afkoelen. Met behulp van een vork het mosselvlees van de schelpen losmaken en laten uitlekken. De resterende olijfolie zeer sterk verhitten in een pan. De mosselen een voor een in het deeg wentelen en op een matig vuur goudbruin bakken. Vervolgens op keukenpapiet laten uitlekken en warm opdienen.