Kook de ingezouten citroen/limoen op in water. Verwijder de schil met een mesje, en voeg die toe aan het stoofvocht, samen met het sap van een halve limoen. Laat dit nog een kwartier nastoven. In het originele recept wordt in plaats van limoensap verjus gebruikt. Dat is het (zure) sap van onrijpe druiven of appelen, dat vroeger vaak aan sauzen werd toegevoegd. Maar limoensap is een goede vervanger, en zuurder dan citroen. Maak nu de saus af. Haal het hart uit de pan en houd die warm tot gebruik. Zeef het stoofvocht, klop er met een garde twee eidooiers doorheen en laat dit in een pan met dikke bodem binden, terwijl u goed blijft kloppen. Klop er de rest van de boter doorheen. Door gebruik van boter wordt de zure smaak van de saus verzacht.