Zet een pan met water en zout op voor de bami en doe als het water kookt de bami erbij. Aangezien je de bami later nog meebakt is het handig om pas tegen het eind van het koken van de bami met de rest te beginnen. Doe een laagje olie in een wok of braadpan en leg hier de knoflook en rode peper bij. Als de olie warm is doe je het vlees erbij, braad dit kort om en doe vervolgens de paprika, ui en champignions erbij. Van de tauge, witte kool en prei doe je er een gedeelte bij. Blijf dit goed omroeren en zachtjes tot middelmatig doorbakken. Als de bami klaar is spoel je deze in een vergiet af onder de warme kraan en doe je deze terug in de pan. Hier roer je wat olie door, het gas moet wel uit zijn. Verwarm ondertussen de sate. Als het vlees en de groenten naar jou smaak goed gebakken zijn kan de bami hier doorheen. De marinade die nog in het bakje is blijven hangen schraap je hier ook bij en je doet naar smaak de bami kruiden erdoor. Ik gebruik ongeveer en half zakje. Roer vervolgens het restant van de tauge, prei en witte kool erdoor. Dit moet wel goed warm worden maar lekker is als het nog lekker knapperig is als je het serveerd. Tijdens het koken voeg je naar smaak zout en peper toe. Proef aan het eind nog goed en doe er eventueel nog wat ketjap manis door.