Roer de boter met de vanille en de helft van de suiker tot een glanzende massa. Splits de eieren. Klop de dooiers schuimig met de rest van de suiker en klop het eiwit daarna stijf. Roer vervolgens het boter-vanillesuikermengsel met het geklopte eiwit en de schuimig geroerde eierdooiers luchtig door elkaar. Zeef er de bloem en het zout door en schep het met de melk nogmaals goed om. Verdeel dit beslag in gelijke delen over 2 kommen. Voeg aan een kom de kruiden toe. Dit beslag wordt beige-bruin, het andere blijft lichtgeel. Vet een springvorm van ongeveer 27 cm doorsnee goed met boter in en schep er een dun laagje van het lichte beslag in. Schuif de vorm op het bovenste rooster onder de grill, die op zijn hoogste stand moet worden gezet (of gebruik de bovenverwarming van de oven, ongeveer 125 graden C). Breng, als het beslag gaar is (wat na enkele minuten het geval zal zijn), op de gare laag eenzelfde laagje van het ′bruine′ beslag aan. Herhaal deze handelingen tot het beslag op is. Nadat ongeveer 5 laagjes zijn aangebracht, moet de springvorm op een lager rooster worden gezet. De koek is klaar, als het bovenste laagje gaar is.