Middeleeuwse recepten zijn meestal niet expliciet wat betreft de ingredienten en de hoeveelheden; het resultaat is dan ook afhankelijk van de interpretatie van de kok. Het recept vermeld als belangrijkste ingredient ′erbes′ ofwel kruiden. Dit konden zowel kruiden als groenten zijn. Omdat de groenten volgens het recept moeten worden fijngemalen gebruikte heb ik voor bladgroenten gekozen. Was de bladspinazie en andere bladgroenten goed en vermaal alles met elkaar in de keukenmachine fijn. Breng de 6 koppen water aan de kook en voeg zout, spinazie en zeer fijngesneden sjalotjes toe en laat dit ca. 4 minuten koken. Voeg dan de fijngesneden verse kruiden toe en kook het nog even door. Meng ondertussen de amandelpuree met de rijstemeel en het groentenat tot een papje. Schenk dit voorzichtig bij de groentesoep en roer zacht tot het bindt. Breng het op smaak met een schepje suiker en eventueel nog wat zout en serveer het direct.