Men neemt 3 pond onrijpe walnoten (ongeveer begin augustus), men moet ze nog met een els kunnen doorsteken. Dan laat men ze veertien dagen tot drie weken in regenwater staan, dit moet men iedere dag door vers regenwater vervangen. Na afloop van deze tijd brengt men water aan de kook, doet de walnoten erin en laat ze koken, totdat ze tamelijk zacht zijn. Dan neemt men ze van het vuur, doet ze in vers koud bronwater en laat ze daarin 4 uur staan. Dan zuivert men 3 pond suiker met 3 wijnglazen azijn en evenveel water. Intussen steekt men in de walnoten kaneel, doet ze in de suiker en laat ze koken totdat ze week zijn. Dan doet men ze in glazen potten, kookt het sap nog een beetje in, giet het over de vruchten en bindt de potten dicht.