Week de champignons 15 ? 20 minuten in een bakje met een weinig heet water. Knijp ze daarna iets uit en verwijder de steeltjes. Snijd de champignons in kleine stukjes en leg deze op een bord. Haal intussen met een vork het gehakt iets uit elkaar. Verhit in een wok of braadpan met olie en roerbak het gehakt op matig tot hoog vuur iets goudbruin. Temper dan de warmtebron. Pel de knoflook en sjalotjes en snipper ze fijn. Maak de lente ? uien schoon en snipper ze eveneens. Roerbak in dezelfde olie het uienmengsel, de champignons, winterwortel en reepjes bamboe op hoog vuur gedurende een minuut en giet na 2 minuten de vissaus, oestersaus en de beide sojasausen erbij. Verwarm tot het kookpunt en laat op laag vuur de saus 2 minuten inkoken. Giet vervolgens alle vloeistof weg (anders gaan de loempiaatjes lekken en vallen ze bij het bakken uit elkaar). Laat de vulling afkoelen, hak intussen de tauge in kleine stukjes en meng dit erdoor. Snijd de vellen in vierkanten van ongeveer 18 cm en schep op elk vel een eetlepel vulling. Strijk de vulling iets glad met een mes en vouw de zijkanten naar binnen. Rol nu op tot een loempiaatje en plak eventueel met eigeel of water de overlappende rand dicht. Verhit de olie in een frituurpan of wok tot de olie begint te roken en bak de loempiaatjes in enkele minuten gaar en goudbruin. Serveer de loempiaatjes met een pikante of frisse saus.