Maak de mosselen schoon. Verwijder kapotte exemplaren en open mosselen die niet meer sluiten na een tik op het aanrecht. Snijd de bosuitjes heel fijn. Snijd van de limoen de helft van de schil af en snijd die schil heel fijn. Pers de limoen uit. Snijd de rode peper en het witte deel van de sereh heel fijn. Schil de gember en snijd of rasp die heel fijn. Houd 5 takjes koriander apart. Hak de rest fijn. Kook in een grote pan met ruim water, zout en limoensap de mosselen ? 8 minuten tot ze allemaal open zijn. Verhit intussen in een koekepan de olie. Bak hierin de bosui, limoenschil, rode peper, gember, sereh en fijngehakte koriander ? 5 minuten. Pers de knoflook erboven uit. Voeg de vissaus, suiker en santen toe. Bak zachtjes tot de santen opgelost is. Schep de mosselen met een schuimspaan uit de pan. Verwijder de ene helft van de schelpen. Lekker erbij smaakt de Thaise, heel geurige pandanrijst, die te koop is bij toko′s en in de supermarkt. Sereh (Citroengras): Kan zowel in de vorm van sprieten als in poedervorm worden aangetroffen. Van het poeder moet zeer weinig gebruikt worden omdat de smaak nogal snel overheerst. De sprieten kunnen in de diepvries bewaard worden. Na gebruik worden deze uit de gerechten verwijderd.