Pluk de basilicumblaadjes af, spoel ze en bewaar er enkele voor de garnituur. Doe de basilicumblaadjes, de looksnippers, de pijnboompitten en de marjolein in een mortier en plet alles tot een gladde pasta. Rasp de pecorino en meng 100 gr onder deze pasta. Roer er vervolgens langzaam en afwisselend, 4 eetlepels olijfolie en 2 eetlepels warm water onder. Breng op smaak met peper en zout. Kook de tagliatelle beetgaar in gezouten water waaraan je de rest van de olijfolie hebt toegevoegd. Giet de pasta de pasta af en roer er de pesto onder. Verdeel de bereiding over 4 diepe borden, besrooi met de rest van de pecorino en versier met een blaadje basilicum.