Doe de bloem en een kom en roer het zout en de bastersuiker goed doorheen. laat de boter smelt en giet er langzaam de melk bij. Wacht tot het melk-boter mengsel lauw is. Roer met een gedeelte hier van de gist vloeibaar.Maak een kuiltje in de bloem er giet de gist erbij. Roer deze door het bloem, voeg onder tussen in gedeeltes de melk toe. Kneed het deeg tot het soepel is en goed van de handen los laat. Meng daarbij de essence tegelijk met het ei door het deeg en kneed naderhand door het spoele deeg, de citroenschil, de krenten, de rozijnen, de sukade en de oranjesnippers. Dek de deegkom af met een vochtige doek en laat het deeg op een lauwwarme plaats rijzen tot het volume is verdubbeld. Beboterd de bakplaat. Kneed het gerezen deeg door en duw het uit tot een dikke ronde plak, leg deze op de plakplaat. Leg de rol amandelspijs midden op het deeg. Sla de plak dubbel over de amandelspijs heen,zodat het bovenste gedeelte van de deeg af met iets kleiner is dan het onderste. Dek het deeg af met een vochtige doek en laat het minstens 30 min. narijzen. Verwarm de oven 10 min. voor op de staat 5-6 . Schuif de plakplaat in de oven, zodat het midden van het gebak wat hoogte betreft midden in de oven komt. Reken voor de baktijd ca. 30 min. Het gebak is gaar wanneer heyt lichtbruin is en het hol klinkt als er met de vinger stevig op wordt geklopt. Bestrijk het gare gebak direct met boter en laat het afkoelen. Bestuif het dik met gezeefde podersuiker. Steek in de plooi een hulsttakje en bind om het brood een rood lint.