Schep basterdsuiker, bakpoeder, kaneel en zout door de bloem. Klop in een andere kom de eierdooiers los met melk, yoghurt, de gesmolten boter en vanille-essence (of suiker). Voeg het meelmengsel al roerende toe, en roer net zo lang tot een glad deeg is ontstaan. Giet de citroensap in een schaaltje. Rasp de appels erboven en schep het geheel goed om. Schep de appel vervolgens door het beslag. Klop de eiwitten stijf en schep deze met een spatel in slechts een paar scheppen door het beslag (niet te veel scheppen: het geheel moet luchtig blijven). Bak de wafels in ongeveer twee minuten in het wafelijzer.