In pan 4 dl water met vlees, bouillontablet en kruidenbuiltje langzaam aan de kook brengen en laat het vlees in circa 1 uur zachtjes gaar worden. Peterselie heel fijnhakken. Bouillon boven maatbeker zeven, 2 dl bouillon afmeten (rest van bouillon wordt niet gebruikt). Stukjes vlees heel klein snijden. In pan boter smelten. Bloem erdoor roeren en circa 2 minuten al roerend zachtjes verwarmen. Al roerend de helft van bouillon (=1 dl) erbij schenken en blijven roeren tot gladde saus ontstaat. Scheutje voor scheutje rest van bouillon (=1 dl) erdoor roeren. Vlees en peterselie erdoor roeren. Nog circa 2 minuten zachtjes laten doorkoken. Op smaak brengen met zout, peper en nootmuskaat. Saus overdoen in diep bord, laten afkoelen en in koelkast in minstens 2 uur koud laten worden. In diep bord ei met 2 eetlepels water loskloppen. Paneermeel op plat bord strooien. Vleesmensel in 8 punten snijden. Elke portie tot kroket vormen en losjes door paneermeel rollen. Kroketten vervolgens een voor een goed door eimengsel halen en dan door paneermeel wentelen. Kroketten moeten rondom dik bedekt zijn met paneerlaagje, overtollig paneermeel eraf schudden. Kroketten tot gebruik afgedekt in koelkast bewaren. Frituurvet verhitten tot 180 ?C. Vier kroketten tegelijk frituren. In vergiet op keukenpapier laten uitlekken. Leg op vier borden elk twee kroketten. Lekker met wit brood, boter en mosterd.