1 Zeef de bloem in de kom van de keukenmachine. Verwarm de melk tot lauwwarm (ca 40 C.).
2 Snij de olijven in stukjes en snipper de ui.
3 Maak een kuiltje in de bloem en verbrokkel hierin de gist. Strooi er de suiker over en schenk er ongeveer de helft van de warme melk bij. Roer het door tot er een papje ontstaat. Laat het zo ca 5 minuten staan.
4 Strooi voorzichtig het zout en de kruiden in de buitenste rand van de bloem; het mag niet direct in aanraking komen met het gistmengsel. Laat de machine draaien. Voeg tijdens het draaien de olie, de olijven en de ui toe. En zoveel van de resterende melk tot er een soepel deeg ontstaat. Laat de machine zolang draaien tot het deeg niet meer aan de kom plakt. Voeg zo nodig nog wat bloem toe.
5 Bestrooi het werkblad met wat bloem. Kneed het deeg met de handen nog een paar minuten. Leg het deeg terug in de kom en laat het, afgedekt ca 20 minuten op een warme plek rijzen.
6 Bestrooi het werkblad weer met wat bloem en kneed het deeg nogmaals goed door.
7 Vet het broodblik in. Vorm een rol van het deeg en leg die in het bakblik. Druk in het deeg nog wat van de gesnipperde ui. Laat het deeg weer ca 3 kwartier rijzen. Het deeg moet minstens in volume zijn verdubbeld.
8 Verwarm de oven 10 minuten voor op 240C. Giet vlak voor het bakken van het brood een klein beetje water op de beschermplaat onder in de oven of en zet er een bakje warm water op.
9 Plaats het blik op een rooster iets onder het midden van de voorverwarmde oven. Bak het brood in 25 tot 30 minuten gaar. Bestrijk het brood 5 minuten voor het einde van de baktijd met wat water of melk. Hierdoor ontstaat een glimmende korst. Controleer of het brood gaar is door er een satepen in te steken; die moet er schoon uitkomen. Het brood is gaar als het hol klinkt, wanneer je erop tikt. Laat op een rooster afkoelen.