Kook de ribjes in ongeveer anderhalf uur gaar in het water, totdat het vlees begint los te laten. Haal de ribjes eruit. Zeef de bouillon in het vergiet. Was de prei en snij deze in stukjes van ongeveer een centimeter. Schil de aardappelen en snij ze in vieren. Doe de prei en de aardappelen in de ketel en kook alles in ongeveer drie kwartier gaar. Stamp alles met een stamper fijn, doe twee grote eetlepels rijst voor de soep erbij en kook dit gaar in ongeveer twintig minuten. Haal het vlees van de ribjes af en snij deze in stukjes. Leg het vlees vervolgens terug in de ketel. Doe er peper en zout bij om de soep op smaak te maken.