Zeef het bloed boven een kom en roer het een paar minuten goed dooreen. Doe er dan het gezeefde roggemeel, het zout, de peper en de gemalen kruidnagelen bij en kneed alles tot een stevige brij. Snijd het spek in dobbelsteentjes en giet er kokend heet water over. Meng de dobbelsteentjes spek vervolgens door de massa. Vul de darm niet te stijf met de brij en bind dicht met een touwtje. Neem een grote pan met water, breng het aan de kook en leg de bloedworst erin. Laat de worst 2 uren op laag vuur zachtjes doorkoken, haal hem dan uit de pan en laat hem afkoelen. Snijd de afgekoelde worst in dikke plakken en haal deze door de bloem. Verhit wat reuzel in een koekenpan en bak de plakken bloedworst aan beide zijden goudbruin.