Hiervoor zal men 500 gram amandelen goed pellen, drogen en malen. Deze met eene hoeveelheid eiwit aanroeren en vervolgens in 3 gelijke hoopjes verdeelen. Het eerste hoopje zal men met suiker en tarwebloem aanmaken, tot deeg bewerken en uitrollen. Het tweede hoopje met suiker en een weinig kaneel vermengen, met op de stoof gedroogde en fijn gewreven saffraan geel maken en in langwerpige ronde bollekens verdeelen. Elk dezer bollekens in een stuk van het uitgerold deeg winden, goed vastwellen en zacht bakken. Van het oogenblik dat ze gaar zijn, laten bekoelen, het derde hoopje met water, kaneel, suiker en saffraan aanroeren en dit amandelmelk bij opdiening over de amandeleieren uitstorten.