1 kg schorseneren zout 20 gm boter 20 gm tarwebloem 250 ml melk of 125 ml melk vermengd met 125 ml bouillon 75 gm kaas geraspt zout peper naar smaak paprikapoeder naar smaak De schorseneren op de gewonen manier met wat zout gaarkoken. Intussen de kaassaus maken: boter smelten, bloem erbij, langzaam melk of bouillon toevoegen, steeds blijven roeren tot een gebonden saus zonder klontjes. Van het vuur af 30 gram geraspte kaas erdoor roeren en eventueel wat zout en peper. De gekookte schorseneren door de saus roeren, bestrooien met de rest van de kaas, in een zeer warme oven of onder de grill een bruin korstje geven. Strooi er voor het opdienen nog wat paprikapoeder over. Opmerking van de schrijfster: Dezelfde gang van zaken kan worden toegepast op allerlei groenten die goed smaken in combinatie met kaas: raapjes, pastinaken, koolraap, knolvenkel, groenlof, snijbiet, (groene) bloemkool, koolrabi, aardpeer. Ook is met de kaas te variëren: blauwschimmelkaas, komijnekaas, geitekaas, het zal iedere keer net even anders smaken.