8 borstjes van kip, kalkoen, eend, d; uif of ander blank vlees 1 boter 1 flesje blond bier 3 eetlepels honing 300 deciliter room 4 takjes tijm 150 gm groenten (broccoli, bloemkoolroosj; es, spruitjes, haricot 1 etc.) 4 stronkjes witloof 12 mooie aardappelen Maak de groenten en het witloof schoon en snijd het witloof in de lengte in repen. Kook de groenten beetgaar en de aardappelen in de schil niet gaar. Snijd de aardappelen in blokjes. Wrijf de blanke borstjes in met peper en zout en bak ze in een beetje boter zodanig bruin dat ze van binnen nog wat ros? zijn. Haal ze uit de pan en houd ze warm. Voeg het bier langzaam toe, roer de aanbaksels los en voeg daarna de room en de takjes tijm toe. Laat de saus zachtjes tot de gewenste dikte inkoken en breng haar op smaak met peper en zout. Zet de aardappelblokjes in boter snel even goudbruin aan en roerbak in een wok ook de witloofreepjes in boter goudbruin; ze moeten knapperig blijven. Snijd de bruine borstjes schuin in plakjes. Schep midden op voorverwarmde borden wat saus, leg de borstjes daarin, schenk er nog een beetje saus over en schik de groenten en de aardappelblok- jes eromheen. Drink er het bier bij dat in de saus is verwerkt.