150 gm geitekaas 4 sneetjes gerookte ardeense hesp boter 1/2 krulsla 2 eetlepels wijnazijn 1 dikke vaste peer 2 eetlepels griessuiker 2 sneetjes brood 2 eetlepels gehakte bieslook peper, zout Verdeel de geitenkaas in vieren en wikkel ze in de hesp. Wrijf deze eveneens in met wat boter, zodat ze niet kunnen uitdrogen. Plaats ze vervolgens 5-8 minuten in een op 180 gr. C voorverwarmde oven. Was intussen de krulsla en laat ze uitlekken. Trek ze in stukken en roer er de wijnazijn onder. Breng verder op smaak met peper en zout en verdeel de sla over 4 borden. Schil de peer, verwijder het klokhuis en verdeel hem in 16 partjes. Bak deze in een klontje boter, bestrooi met de suiker en laat nog even kleuren. Ontkorst de sneetjes brood en snijd ze in blokjes van ca. 1 cm. Bak deze in een klontje boter goudgeel en schep ze op de sla. Leg de kaasrolletjes in het midden op de krulsla en versier elk bord met een waaiertje van stukjes peer. Bestrooi met wat bieslook en serveer dit gerechtje met een glaasje frisse, witte Beaujolais.